189. Borkum

Wat een nacht! Om een uur of twee schrik ik wakker van een hard geluid. De boot gaat enorm tekeer. Het is hoogwater en de harde wind stuwt de golven over de zandplaten, recht de haveningang in. De boot ligt enorm te rukken aan de touwen. We schieten van voor naar achter, van links naar rechts en op en neer. De "Svaj II" ligt tegen ons aan en danst net zo wild als de Sylke. De "Eclipse" achter ons gaat ook als een stuiterballetje op en neer. We kunnen er niet veel aan doen; alle lijnen en stootwillen zitten goed. Het enige is wachten tot het beter wordt. Inslapen lukt voorlopig niet meer. Wanneer het tegen de ochtend eb wordt, wordt het gelukkig wat rustiger maar geen van ons drieen heeft veel zin om zo nog een nacht door te brengen. Later horen we dat ook de andere groep last heeft gehad van de golven. Waarom er in het watersportboek staat : "ein sehr guter Hafen" is ons een raadsel!

We slapen wat uit en daarna wandelen de mannen richting diverse havenmeesters om de andere opties te bespreken en te bekijken. Port Henry lijkt wat opgeknapt sinds het bezoek van de Eclipse vorig jaar. Er is plaats langs een drijfsteiger en de golven lijken minder vat op deze haven te hebben. Zodra het water hoog genoeg staat, gooien we de drie boten los en spoeden we ons er naar toe. 


Wat een verademing: gewoon op de steiger kunnen komen zonder halsbrekende toeren te hoeven uithalen! Ook een heel wat vriendelijker omgeving dan de strenge, grijze marinebarakken. 
Het weer is wisselvallig. Het waait stevig, de zon schijnt regelmatig maar nu en dan valt er ook een bui. We pakken de bus naar het centrum. Daar is het erg druk. Veel badgasten op het strand en in de bontgekleurde strandhuisjes. Veel wandelaars op de boulevard en in de drukke winkelstraten. We eten een hapje en nemen de bus terug. Ondertussen is het harder gaan regenen en duren de buien steeds langer. 


Bob neemt zijn huiswerk - de mogelijkheden voor morgen - door. Wat gaat het weer doen? Hoe zit het met het tij? Waar kunnen we eventueel heen of is het verstandiger in de haven te blijven? Allemaal vragen waar een antwoord op gevonden moet worden. Waarschijnlijk zitten onze medereizigers nu ook allemaal in hun eigen boot, met de luiken dicht en het tikken van de regen op het dak, gebogen over deze puzzel, en komen we vanavond tot een gemeenschappelijk besluit!

188. Geen AIS!

De AIS heeft het voor de derde maal opgegeven en Bob heeft de handdoek nu in de ring gegooid: hij heeft hem radicaal eruit gesloopt. Jammergenoeg dus geen beelden op Traffic Marine!

187. Naar Borkum


Het waait de hele zondag hard. Gelukkig is het droog en zonnig en is er op zondag genoeg te doen en te kijken hier in Lauwersoog. 
Drie medereizende boten blijven op het Lauwersmeer liggen. Aan het eind van de dag hebben de overige vier zich verzameld in de buitenhaven van Lauwersoog. De weerberichten zijn eerst niet goed. Harde wind en onweer. Voorlopig blazen we de  eerste dagtrip naar Borkum daarom ook af. Als alternatief houden we een tochtje naar Schiermonnikoog in gedachten. 
In de loop van de namiddag en het begin van de avond worden de berichten echter wat positiever. Langzamerhand begint bij ons het idee te ontstaan dat het alsnog door zou kunnen gaan. Om half tien 's avonds komen we bij elkaar en nemen we het definitieve besluit: we gaan ervoor!

Drie boten komen met de eerste lichting van 7 uur door de sluis. De andere vier sluiten aan en zo starten we met zeven boten onze gezamenlijke vakantie. Het weer is goed. Van ons geschat gemiddelde van vijf knopen per uur komt niets terecht. We zeilen zo snel dat we met de stroom mee makkelijk een gemiddelde van zeven knopen halen. We zijn veel te vroeg bij ons "keerpunt" bij het Westgat waar we rechtsaf moeten slaan de Noordzee op. Gelukkig staat er bijna geen stroom meer tegen. We gaan als de brandweer en blijven redelijk bij elkaar: er vormen zich twee groepjes. Een groep met de snelle en/of 29 voeters en een groepje kleinere boten. Zo kunnen we elkaar goed in de gaten houden. 




We zeilen bovenlangs Schiermonnikoog, Rottumerplaat en Rottumeroog voordat we de  Eems bij Borkum induiken. Dikke regen- en onweersbuien omringen ons aan alle kanten maar gelukkig trekt het langs ons heen weg en worden we gespaard. De wind doet wel rare dingen. Hij trekt aan en draait bijna 180 graden. De meesten van ons hebben daar al op ingespeeld en hebben een of twee reven staan. We steken netjes haaks de vaargeul over en motorzeilen door het rommelige water de Fischerbalje binnen. 


In de Burkana Hafen zoeken we een plekje. Dat valt nog niet mee want ze zijn hier niet echt berekend op toeristen. De haven is een voormalige Marinehaven. Het heeft grote pontons voor werkboten, maar niet echt steigertjes voor ons maat notedopjes. Er is ook een Verenigingshaven met wat boxen, maar die heeft eerst geen plaats en later weer wel. Zo komt het dat de groep verspreid komt te liggen. Vier boten heel luxe aan een vingersteiger in de verenigingshaven en drie boten spartaans vastgeknoopt aan een ponton naast de Pilot boten. 


De haven is inderdaad een grote klotsbak eerste klas. Het waait ondertussen sowieso al Beaufort 6, maar elke keer als de Ferry, de Pilot of een ander groot schip langskomt, liggen wij nog minuten na te deinen en te rukken aan de touwen. Je zou er bijna zeeziek van worden. 

Op de wal wordt het beeld overheerst door voormalige marinebarakken. Het doet allemaal een beetje Oostduits aan. Gelukkig dat we weten dat het stadje een heleboel goedmaakt, want voor de havens hoef je hier niet te wezen. Morgen hebben we een "vrije dag" en gaan we lekker allemaal (uitslapen? en) het eiland verkennen!

186. Lauwersoog

Er is wederom noodweer op komst. Code oranje voor het hele land. Met daarbij windstoten tot 90 km per uur. We zitten wel lekker maar niet rustig met dit bericht in het vooruitzicht. Trossen los en hupsakee, voor de bui uit zorgen dat we in Lauwersoog komen. We treffen een bijna lege sluis en voordat we het weten liggen we in de passantenhaven.

Op de wal is het groot feest: om 14.00 uur start er een halve marathon. We verbazen ons erover dat ze denken dat dat door kan gaan. Kijken ze dan helemaal niet naar het weerbericht? En inderdaad. Eerst wordt de wedstrijd vlak voor de start uitgesteld en daarna afgeblazen. Sneu voor alle deelnemers die van heinde en ver zijn gekomen. Het noodweer valt nog mee. Wel regen, onweer en harde wind

Het is even wennen aan een verval van 2.70 m. Gelukkig hebben we een plek aan een drijfsteiger en hoeven we niet te klungelen met lange lijnen aan glijstangen met ringen die niet meer omhoog willen... 


Kleinkind Joost van de "Noest" is met de eb met andere kinderen druk aan het krabben vangen geslagen. Wanneer het bedtijd is worden de beestjes weer losgelaten en mogen ze na de traditionele "Krabbenrace" weer het ruime sop kiezen.


185. Lauwersmeer

Dokkum blijkt een aangename stad te zijn om te verpozen. Mooie geveltjes en grachtjes, gezellige winkelstraten en leuke winkeltjes. We wandelen heel wat af. Bij het keerpunt van de Elfstedentocht proberen we ons voor te stellen hoe het er hier onder barre winterse omstandigheden uitziet. Dat valt niet mee terwijl de mussen dood van het dak vallen. 


Ik heb het nog even gecontroleerd want ik wil geen loze beschuldigingen uiten, maar al het haven sanitair is dus echt drie keer niks. Het beste is nog het toiletgebouw op de camping. Je moet alleen niet nodig "hoeven" want om daar te komen heb je bijna een fiets met hulpmotor nodig. Dat betekent in gewoon Nederlands dus een heel eind lopen. 
En passant zien we Auke met de "Goegenoeg" passeren en komen Dirk en Fre met de "Freya" voor ons liggen. Allebei boten waarmee we straks op vakantie gaan.

We laten Dokkum achter ons en varen naar Oostmahorn. Het KNMI waarschuwt de hele dag voor zware buien met mogelijk hagel, onweer en harde windstoten. Het onvermijdelijke gevolg van mooi, warm weer. We houden de buienradar in de gaten en gelukkig passeert de meeste narigheid zuidelijk van ons. 

Het waait flink op het Lauwersmeer. De wind staat recht tegen dus zeilen is er niet bij. En inderdaad zijn er extra tonnen bij gelegd. Onder andere op de plek in de vaargeul waar wij in april met de Zeevonk vastliepen. We houden angstvallig het midden, een ervaring rijker, en arriveren zonder kleerscheuren in de jachthaven; de jachthaven waar de Zeevonk te koop ligt. Even kijken hoe het met het gele gevaar is. Herinneringen ophalen aan de goede tijden toen we met broer en schoonzus met haar in de Carieb zeilden en daarna de oceaan overstaken. Maar ook aan de slechte tijden toen de kapitein kort daarop ziek werd en kwam te overlijden. Het is wel even slikken als je de boot zo troosteloos en verlaten ziet liggen.


's Avonds gaat de wind liggen en zitten we nog lang buiten. De nieuwe eigenaren van de haven hebben het toiletgebouw helemaal opgeknapt. Het is modern, schoon en er zijn heerlijke hete douches. Komen jullie ook eens kijken, jullie daar uit Dokkum...?

184. Vakantie

Het is zover; we zijn er helemaal klaar voor. De was is schoon, de boot is ingeruimd, de oppas voor het huis is ontvangen en geinstrueerd: de vakantie kan beginnen!

We tuffen eerst naar Leeuwarden. Zonder al teveel vertraging passeren we de ene na de andere brug. Het is niet druk op het water; we varen met een bescheiden konvooi in optocht door de stad. Gelukkig is de lucht betrokken; de zon zit verstopt achter een dikke laag bewolking. Heerlijk. Zonder brandende zon is het buiten heel wat aangenamer vertoeven dan de voorgaande dagen. 
Via de Dokkumer Ee kronkelen we verder naar het noorden. In Burdaard is het net theetijd voor de brugwachter(se). We liggen gevangen, ingeklemd tussen de twee bruggen die het dorp rijk is. Wij houden ook een uurtje verplichte pauze.

In Dokkum staat de havenmeester als een soort fortwachter bovenop het bolwerk op ons te wachten. Alleen zijn kanon ontbreekt nog. Hij heeft zo een mooi uitzicht op al wat zijn stad binnen vaart. Het is druk langs de wal maar er is nog een prachtig plekje in de aanbieding: vlak onder de eerste molen, alleen geschikt voor een klein, ondiep scheepje. Geknipt voor ons dus!






"De Zeldenrust" uit 1862 is 's avonds open voor publiek, we nemen de steile trapjes naar boven en genieten van het uitzicht. Twee molenaars "tuigen" hem net op. Zwaar werk voor de wat oudere mannen. Petje af. De kop wordt in de wind gedraaid en de wieken beginnen te draaien. Een machtig gezicht. Ook de techniek binnenin is bere interessant. Knap hoe ze dat vroeger toch allemaal hebben uitgedacht en met hun bescheiden hulpmiddelen wisten te maken. 


De sanitaire voorzieningen in Dokkum zijn abominabel (of we hebben ze alleen nog niet ontdekt - dat kan ook). Maar wat wel puik in orde is, is de gratis WiFi voor bezoekers. Dat zouden ze overal moeten hebben; dat maakt het leven voor een Blogger een stuk eenvoudiger... Maar (er is altijd een "maar"), omdat we bijna onder de molen en achter het hoge bolwerk verscholen liggen, kunnen onze telefoons en iPads het signaal niet goed ontvangen. We hebben ooit een antenneversterker gekocht. Nu is de gelegenheid om hem te proberen. Bob hijst hem een stukje in de mast en voila: met behulp van ons notebook hebben we onze eigen hotspot gemaakt. Het werkt perfect!






183. Avondje zeilen

Eindelijk kunnen we weer eens zeilen.
De laatste drukke werkdagen voor de vakantie, een nabij familielid in het ziekenhuis en een verrekte spier in de rug hebben ons een tijdje van het water weggehouden. Bovendien vinden wij het de laatste dagen veel te warm om zelfs maar buiten te zijn. Overdag meer dan 30 graden en dan staat er ook nog eens geen zuchtje wind. Het Skûtsjesilen is vandaag zelfs afgelast.
We doen het heel rustig aan: eerst uitgebreid afkicken van het werk en dan pas op vakantie.


Na het avondeten koelt het ietsje af en begint het wat te waaien. We laden wat drinken in de boot en gooien los. Het is heerlijk stil op het water: de Skûtsjesilen vloot is gisteren alweer verder getrokken. Een enkel zeiltje schuift over het meer. Hier en daar liggen wat boten voor anker. Er wordt nog volop gezwommen en gebarbequed. Luchtballonnen drijven statig door de lucht. We halen met het kruisen nog snelheden van meer dan 4 knopen. Dat valt lang niet tegen. Wat zijn we toch verwend: een groot meer en Nationaal Natuurpark De Alde Feanen bijna in onze achtertuin. 

We zien we de zon langzaam ondergaan. In de avondschemering varen we terug naar huis. Dit is genieten!

182. Naar huis


De voorspelling is warm, zonnig en weinig wind. Op het IJsselmeer betekent dat automatisch vervelende vliegjes. We besluiten mede daarom dit weekend de boot van de IJsselmeerkust naar huis te varen. Bob heeft bijna vakantie en wil nog wat aan de boot knutselen voordat we vertrekken. Daar heeft hij straks mooi de tijd voor en dat gaat even wat makkelijker als ze achter het huis ligt. Ze moet ook nog schoongemaakt en ingeladen worden; leuk werk voor op een (zwoele?) zomeravond.

In de Marina van Makkum is het een gezellige drukte. We zien veel boten met verre thuishavens achterop. Kinderen in het speeltuintje, kinderen in het zwembad, kinderen met ijsjes, vrolijke gezichten  en iedereen in korte broek. De zomer is nu echt begonnen!

Het eerste stukje Makkum-Workum zeilen we nog. Maar al snel gaat de wind liggen en komen de beestjes tevoorschijn. Gauw alle zeilen opbergen en de kajuitingang hermetisch dicht! Op de motor varen we Workum binnen. De sluiswachter begroet ons met: "Mooie boot meneer!" Hij kent het merk. Dat doet een trotse NB- bezitter goed; ook al komt hij 5 euro innen, de beste man kan bij ons geen kwaad meer doen!

Op het Heegermeer gaan de zeilen weer omhoog. Daar kunnen we nog even lekker wat laveren. In Heeg meren we af in de passantenhaven. De haven ligt helemaal vol en we komen noodgedwongen in het gedeelte van de open bootjes terecht. Dat blijkt geen straf te zijn. Het verbaast ons hoeveel huur Valkjes we hier zien. Allemaal jongelui en zelfs enkele gezinnen met kleine kinderen die hierin bivakkeren. Ik heb er bewondering voor. Dit is echt primitief kamperen: met z'n vieren in een open bootje. Het lijkt me 's nachts koud en ongemakkelijk. En waar laat je de bagage van vier man sterk? We zien ook bootjes met daarop overduidelijk studenten. De heren in overhemd met stropdas en korte broek; een koddig gezicht.

allemaal Valkjes
De jachthaven beschikt ook over wat grasveldjes inclusief picknickbanken. Daar mogen kleine tentjes opgezet worden. Het toiletgebouw heeft een grote overdekte overkapping waar met slecht weer onder gezeten, gekookt en gegeten kan worden. Uit alles blijkt dat men rekening houdt met vakantiegangers in open boten. Waar zie je dat tegenwoordig nog? Er wordt in een jachthaven op het binnenwater trouwens überhaupt meer op de wal gedaan: zonnebaden, spelen, wat drinken, lezen. Dat maakt het wel heel gezellig. In de IJsselmeer- en de zeehavens blijft iedereen op zijn super de luxe,  comfortabele en van alle gemakken voorzien eigen jacht zitten.

toiletgebouw met overkapping
We kunnen tot half twaalf buiten in de kuip zitten en genieten met volle teugen van het schouwspel dat zich voor ons afspeelt. Dektenten die over de bootjes gespannen worden, luchtbedden die opgepompt worden, tenten die op het gras opgezet worden, slaapzakken die uitgerold worden, een grote BBQ, veel gedol en veel gelach. Daar kan het meest interessante tv programma en het beste boek niet tegenop! We vermaken ons kostelijk. Het doet me heel erg aan mijn jeugd denken toen we diezelfde taferelen op vakantie in Friesland meemaakten. Jeugdsentiment! Ik leg voor de nacht vast mijn oordopjes klaar, maar ik heb ze niet nodig. Waarschijnlijk is iedereen moe van het mooie weer en valt als een blok in slaap.

allemaal aan de BBQ
De volgende morgen heeft een jongeman met een huurboot wat moeite om met een krappe bocht zijn box uit te komen. Hij geeft teveel gas en ramt met zijn preekstoel bijna ons roer. Bob ziet het aankomen en kan met een noodsprong nog net de ergste klap opvangen. Het kost hem een blauwe arm. Onze vlaggenstok is helaas wel aan gort gevaren. De jongeman legt even verderop aan. Hij komt netjes zijn excuses aanbieden en de schade vergoeden. Bob en ik filosoferen al: wat als hij het roer wel geraakt had? Dan hadden we zo vlak voor de zomervakantie een groot probleem gehad! 
hij is nu te kort: dat wordt een nieuwe!
Het waait niet hard en we spelevaren wat op het Heegermeer. Het is net als gister prachtig zonnig en warm weer. Het lijkt wel of heel Friesland met een bootje zich hier verzameld heeft. Het is wel even goed opletten: de drukte en het constant uitwijken. Dat zijn we niet meer gewend!
In optocht varen we door de Jeltesloot. Onderweg begint de wind wat op te steken. Gelukkig maar, anders was het veel te warm geweest.

In Langweer gaan we ook in de passantenhaven liggen. Weer zo'n déjà-vu gevoel. Jaren geleden hebben we hier eens gelegen terwijl er een sail-in bioscoopvoorstelling werd georganiseerd. Daar hebben we goede herinneringen aan. In het dorp is het gezellig druk, maar in tegenstelling tot Heeg is de jachthaven hier erg stil. Bijna uitgestorven zelfs. Raar. Waar zijn al die mensen die we vandaag op het water hebben gezien? Dat waren toch niet alleen weekenders maar toch zeker ook vakantiegangers? Het valt ons een beetje tegen. Het wordt een lange, stille en rustige avond...  

De volgende ochtend beginnen we met het kopen van een krantje en vers brood. We ontbijten uitgebreid en vertrekken dan voor het laatste stukje richting huis. Tot aan het Prinses Margrietkanaal kunnen we nog even lekker zeilen, daarna is het recht tegen de wind en gaat de motor aan. Een uurtje of wat later genieten we van een koud drankje in de tuin.

181. Retourtje Makkum-Stavoren

En het is alwéér weekend! De weken vliegen voorbij. Alhoewel het eind juni is, heb ik nog geen idee dat de schoolvakanties al zijn begonnen. Dat komt vast door het koude voorjaar; voor mijn gevoel is het nog maar april. Zaterdag waait er een dikke windkracht 6. We besluiten niet naar de boot te gaan maar wat nuttige zaken in en om het huis af te werken. Dat moet zo nu en dan ook eens gebeuren.

We zijn van de week toch weer aan het twijfelen gebracht omtrent het al dan niet aanschaffen van vouwfietsjes voor onze vakantie op de Duitse Wadden. Ik kreeg allerlei reacties op mijn blog waarin ik mijn gedachten hierover uitsprak. De meeste in de trant van: 'je krijgt er spijt van als je ze niet bij je hebt'! We zijn dus overstag gegaan en hebben twee van die sta-in-de-wegs aangeschaft. Ik moet eerlijk toegeven: ze zien er sterk en degelijk uit en ze fietsen best lekker. Want van schrik hebben we 's avonds een proefrondje van 12 km gefietst en we hebben geen zadelpijn! Dat zit dus wel snor. Nu nog even een goed plekje zoeken in de boot...

Zondag vertrekken we na de koffie op ons gemak naar de haven. De twee fietsjes gaan mee om te passen. Helaas waren de fietszakken even uitverkocht. Dat is wel wat lastig want zonder zak blijf je met die dingen overal achter-en-aan haken. Maar goed. Ze laten zich makkelijk door het voorluik zakken en ze kunnen mooi naast elkaar in de punt liggen. Bob knutselt thuis nog wat kleine aanpassingen in elkaar en dan past het prima. De fietsjes gaan weer terug in de auto en wij gooien los. 

Niks windkracht 3-4. Dat is vast in Zuid-Limburg gemeten. Er blaast een dikke 5. We zeilen heerlijk en besluiten naar Stavoren te gaan. Naar de Oude Haven ditmaal want de wind waait uit de goede hoek om daar enigszins beschut te liggen. Het is altijd gezellig daar, tussen de Bruine Vloot. Er liggen trouwens weinig plezierjachtjes. Het is eigenlijk overal erg stil. Daar is het weer debet aan, neem ik aan. Er staat een mager zonnetje, de temperatuur is niet onaardig en het is droog. Wie hoort ons klagen? Aan het eind van de middag komen Dirk en Fré langs. Zij gaan straks met ons mee op vakantie. Lekker in de kuip; een drankje erbij: heel gezellig!

de Oude Haven in Stavoren
Bob aan de afwas
We zien dat Marine Traffic onze AIS ditmaal wel de hele weg heeft kunnen volgen. Zo worden we steeds wijzer: het is dus niet de antenne en het is ook niet de antennedraad die problemen veroorzaakt. Het zijn de poorten van het notebook die voor verwarring zorgen. 

de AIS op Marine Traffic heeft ons de hele weg gevolgd
en inderdaad: hier liggen we.
Zondagmorgen is de verwachting 3 tot 4 en daarna variabel 1-3. Om de hele weg motoren en een overval door IJsselmeervliegjes voor te zijn, vertrekken we op tijd. Voor niets blijkt later, want de wind gaat helemaal niet liggen. Er waait een kleine 5 en wederom verbazen we ons over het weerbericht. Het geeft verder niet want we zeilen heerlijk. We stuiven op huis aan. We hebben nog nooit zo snel de afstand Stavoren-Makkum afgelegd! Het is akelig stil op het IJsselmeer. Donkergroen water tegen een donkerblauwe lucht: zomer in Nederland! Een enkel bootje komt uit de sluis van Kornwerderzand. Weggewaaid van de Wadden? 

Voor een impressie zie het volgende filmpjeklik hier.