328. Finito

Voor ons is het einde seizoen. 

Er zijn van die diehards die bijna de hele winter doorzeilen, maar dat is niets voor ons. Enerzijds ben  ik een koukleum ('het moet wel leuk blijven'), anderzijds lijkt het me een heel gedoe. Je weet nooit wanneer het plotseling hard gaat vriezen, dus je moet na elk ritje bedenken hoe je de boel achterlaat en of weer overal antivries in moet. Je zal het een keer vergeten en je komt te laat... Gelukkig heeft Bob daar net zo weinig zin in.

Om half 10 vertrekken we met de boot vanaf ons huis. Om 10 over half 10 zijn we weer terug. Bob is de autosleutels vergeten. Eerder op de ochtend heeft hij de auto bij de jachthaven gezet en is hij op de vouwfiets teruggekomen. Hij heeft zijn klusjas aangetrokken en jawel hoor, de sleutel zit dus in de andere jas. We gaan weer opnieuw richting jachthaven.

Daar aangekomen laten we eerst anti-vries door de motor lopen. Ik wacht op een gifgroene uitstoot uit de uitlaat, maar het blijft lichtgroen. Ondertussen loopt de motor zo lang, dat de jerrycan leeg is... Dus eerst maar nieuwe antivries halen. Voor de verandering is deze schattig roze. Ook deze wordt er doorheen gejaagd. Ligt het aan mijn ogen, dat ik het niet goed meer zie? Kost ons wel twee jerrycans anti-vries, maar het is in elk geval onmogelijk dat de motor deze winter nog gaat bevriezen.

Hoppakee (zou onze kleinzoon zeggen), en de twee accu's eruit. Dat gaat makkelijker als de boot nog in het water ligt. Op de bokken ligt hij vrij hoog en is het een heel gesjouw met die dingen. Ze gaan in de winter nu en aan even aan de stroom, dat schijnt beter voor hun gezondheid te zijn.

De kar schuift onder de Sylke, ze wordt uit het water gereden en schoongespoten. De romp is groezelig vies: ditmaal geen schelpjes maar groene aanslag. Het mangat dat we vorig jaar open hebben gehad, ziet er nog goed uit. 


Even later staat ze op haar plek. Bob rommelt nog wat in en aan de boot en later op de middag kan het dekzeil erover. Mevrouw staat netjes ingepakt, klaar voor de winter. 

We zullen we nu eens gaan doen...?

327. Ontmast

Vrijwillig. Dat gelukkig weer wel.
De Sylke ziet er laag, snel, slank en gestroomlijnd uit zonder mast. Toch zie ik haar liever mét!

de mast gestreken
Het seizoen is definitief ten einde. We zouden in principe nog voor de lol een stukje kunnen motoren, maar wie heeft daar nu nog zin in. Een zeilboot is om mee te zeilen en dat is wat we het liefste doen!

We krijgen steeds meer routine in het mast neerlaten. Bob, onze zoon en ik zijn onderhand een perfect op elkaar ingespeeld team. We doen elk onze eigen voorbereidingen en in no time kan de mast neer. Michiel en ik taaien af en gaan iets anders doen; Bob haalt de zalingen eraf (vanwege de wintertent) en knoopt alle touwtjes op. De boot is van binnen ontruimd, gezogen en gesopt. Bob heeft de motor zijn winterbeurt gegeven, nu alleen het dek nog even schoonspoelen en mevrouw kan op de kant.

Bob sopt de bilge
Weer een seizoen voorbij. Wat me vooral is bijgebleven: een voorjaar en zomer met heel veel wind. We hebben nog nooit zoveel dagen verwaaid gelegen en nog nooit zo vaak vanwege de wind onze bestemming moeten aanpassen. Misschien was het een kwestie van 'op het verkeerde moment op de verkeerde plaats', maar dat geloof ik eigenlijk niet. Als ik de verhalen van de andere Toerzeilers hoor, dan hebben de meesten met hetzelfde probleem te maken gehad.

Maar ik klaag niet. We hebben juist voor de Sylke gekozen met het oog op veel wind: een zware boot met twee voorzeilen, meer dan genoeg stabiliteit en voldoende mogelijkheden om te trimmen en te reven. Na alle wiebelboten die we daarvoor gehad hebben, een bewuste keus. En een goede keus blijkt maar weer. We kunnen lezen en schrijven met de dame; ze is voor ons (samen gemiddeld) zestigplussers heel goed hanteerbaar en we hebben een onbegrensd vertrouwen in haar. Dus ondanks het mindere weer: we hebben heerlijk gezeild het afgelopen seizoen! Dank Sylke, en ik zie nu al uit naar volgend jaar!

326. Zeilen om het zeilen

Meestal zeilen we omdat we van A naar B willen. Vandaag zeilen we om het zeilen.
We hebben geen doel, anders dan lekker te zeilen.

Het blijft lang mistig maar na de lunch lijkt de lucht wat open te trekken. Er waait 8 tot 9 knopen wind en met een graad of 15 is het best fris. Ik heb onderweg spijt dat ik mijn winterjas niet heb meegenomen.

We motorzeilen naar het meer. Alleen zeilen had ook gekund, maar dan had het wel wat lang geduurd. Bovendien proberen we nog zoveel mogelijk diesel uit de tank te varen. Zodra de boot in de winterstalling ligt, pompen we het laatste beetje eruit en vullen we de tank helemaal tot aan de nok toe met GTL. Het is per liter wel duurder dan gewone diesel, maar voor bacteriën blijkt het bijzonder lastig om hierin een voedingsbodem te vinden. Misschien zijn we dan van de vervuiling van de tank en de leidingen af. Het is het proberen waard.

De wedstrijden van de Splashes zijn gelukkig net afgelopen. Met nog een handjevol boten hebben we het meer voor ons alleen. We kiezen een koers waarbij we met halve wind of aan de wind lekker wat snelheid kunnen maken. Door het ontbreken van golven (we zijn het anders gewend op het IJsselmeer), lopen we zomaar 5 knopen. Heerlijk zeilen zo!

een eenzaam Schouwtje
gevaren route
Na een uurtje of twee zijn we weer thuis. Achterin in de tuin is het een stuk warmer dan op het water. De zeilen eraf halen vinden we wat te ver gaan. We hebben nog de hele maand oktober voordat de winterstalling roept. Omdat het zulk heerlijk weer is, doen we wel wat andere karweitjes; zo halen we  alvast wat inventaris uit de boot. De gennaker gaat naar zolder, net als de koelbox. De natte ankerlijn van het tweede anker halen we uit de ankerbak, spoelen we af en hangen we te drogen. Bob peutert ook de radarreflector uit de mast.

De winterdektent hebben we al eerder voor een kleine reparatie naar de zeilmaker gebracht. Volgende week kunnen we hem ophalen. Ik zie dat in de sprayhood ook een naadje loszit. Die kan dan gelijk mee. 
Voordat we het weten staan er aardig wat kratjes in de garage. Even naar de zolder sjouwen en zo zijn we helaas alweer een stapje dichterbij het bootloze seizoen. 

de eerste rommel staat alweer in de garage